Zoeken in deze blog

Translate

woensdag 27 november 2013

De Kennedy's en openbaarheid: de autopsie (2)

De opeenvolgende officiële onderzoeken naar de moord op president Kennedy ondersteunden elkaar telkens op hoofdlijnen en volgden de oorspronkelijke bevindingen van de Warren commissie. Maar onderhuids onstonden tevens de eerste scheuren en barsten in deze facade.

ARRB


Zoals eerder uitgelegd, kwam de Amerikaanse regering in de jaren negentig tot een inventarisatie van al het bestaande feitenmateriaal, bewaard namens de overheid, rond de moord op Kennedy. De voorman van deze Assassination Records Review Board, Jeremy Gunn, heeft sindsdien gezegd dat hij met al dat vrijgekomen materiaal liever Oswald zou willen verdedigen dan vervolgen.
Merkwaardig genoeg, waarschijnlijk omdat het hier hoofdzakelijk administratief werk van archivarissen betreft, hebben historici en de media maar weinig meegekregen van hun belangrijke bevindingen in de jaren negentig van de vorige eeuw. Ook nu bij de herdenking vijftig jaar later wordt Oswald maar al te gretig als de moordenaar gepresenteerd.
Het sinds 1992 vrijgekomen documentaire bewijs vertelt in toenemende mate dan ook een ander verhaal: het toenmalige bewijs klopt niet, terwijl andersoortig bewijs stelselmatig is genegeerd. Cruciaal daarbij is de zogeheten 'chain of custody', oftewel de paper trail: de documentaire neerslag of weergave van de gebeurtenissen. Met de kennis van achteraf is op dit punt een onhoudbare situatie ontstaan.


Autopsie


De uiteindelijke conclusies op het punt van de autopsie zijn, op zijn zachtst gezegd, onthutsend te noemen. 'According to Horne (chief analyst military records), the ARRB's work showed that:

(1) The autopsy report in evidence today, Warren Commission Exhibit 387, is the third version prepared of that report; it is not the sole version, as was claimed for years by those who wrote it and signed it.

(2) The brain photographs in the National Archives that are purported to be photographs of President Kennedy’s brain are not what they are represented to be; they are not pictures of his brain, but rather are photographs of someone else’s brain. Normally, in cases of death due to injury to the brain, the brain is examined one or two weeks following the autopsy on the body, and photographs are taken of the pattern of damage. Following President Kennedy’s autopsy, there were two subsequent brain examinations, not one: the first examination was of the President’s brain, and those photographs were never introduced into the official record; the second examination was of a fraudulent specimen, whose photographs were subsequently introduced into the official record. The pattern of damage displayed in these ‘official’ brain photographs has nothing whatsoever to do with the assassination in Dallas, and in fact was undoubtedly used to shore up the official conclusion that President Kennedy was killed by a shot from above and behind.

(3) There is something seriously wrong with the autopsy photographs of the body of President Kennedy. It definitely is President Kennedy in the photographs, but the images showing the damage to the President’s head do not show the pattern of damage observed by either the medical professionals at Parkland hospital in Dallas, or by numerous witnesses at the military autopsy at Bethesda Naval hospital. These disparities are real and are significant, but the reasons remain unclear.

Documenten


Twee dagen na de autopsie besloot patholoog James Joseph Humes de minuut, waar hij thuis mee aan het werk was, te verbranden tegelijk met al zijn oorspronkelijke aantekeningen. Hij deed dit naar eigen zeggen omdat de papieren besmeurd waren met bloed: uit een bepaalde vorm van piëteit dus. Vermoedelijk deed hij hetzelfde met de aantekeningen van collega Finck, die zijn aantekeningen binnen een week al niet meer kon vinden.
Maar dit is niet de standaard werkwijze bij een autopsie, waar men tenslotte wel wat gewend is. Aldus zijn er slechts drie sets van originele, handgeschreven aantekeningen bewaard gebleven waarvan twee (van Humes) geschreven op de dag erna. De derde is een contemporaine, bebloede versie: 'Boswells's face-sheet'. En het in het archief bewaarde autopsierapport is pas de derde versie: van de voorgaande twee versies bestaan geen concepten of minuten meer.

Boswell's face sheet (met bloedvlekken).

Daarnaast zijn de foto's van het brein van de president niet van diens brein maar van die van iemand anders. De originele foto's van het brein zijn er niet (meer) of hebben nooit bestaan. Vervolgens zijn er vervalsingen aan het dossier toegevoegd. Dit heet inmiddels ook wel de 'two brain theory'.
En tot slot: de - bewaarde - autopsiefoto's ondersteunen niet de bevindingen van de toenmalige medici en getuigen. Bovendien herkent fotograaf John Stringer zijn eigen foto's niet daarin. De bewaarde foto's werden daarnaast met een andere (marine)camera genomen en op ander papier gedrukt dan destijds in omloop was. Kortom: met deze bewaarde foto's is, zogezegd, flink gedokterd.

Administratieve chaos?


Met andere woorden: de meest cruciale documenten kunnen qua authenticiteit niet langer worden vertrouwd. Dat is nogal wat. Terwijl die authenticiteit nou juist decennialang het uitgangspunt was van alle onderzoeken.
Als archivaris (die het hier beslist wint van de historicus) moet je dan toch echt op je hoofd gaan krabben, zelfs al geloof je tot nog toe in geen enkele samenzweringstheorie: hier is iets van begin af aan serieus verkeerd gegaan. Met als logische vervolgvraag: waarom of, beter gezegd, met welke bedoeling?

Dallas Police Homicide Report voor president Kennedy.

Dat er in de chaos van het moment het een en ander op die dag zelf (en of volgende dagen) misgaat valt nog wel te begrijpen. Maar deze aaneenrijging van documentaire fraude is op zichzelf genomen onverklaarbaar. Waarom krijgen we namens de regering documenten te zien die niet zijn wat ze beweren te zijn? En waarom zijn er decennialang allerlei onjuiste verklaringen op dit punt afgegeven, behalve dan om de gepresenteerde 'waarheid' te ondersteunen en een andere waarheid te verhullen?

Welke samenzweringstheorie?

Keuze genoeg ...

De vrijgave van documenten sinds 1992 heeft er in elk geval toe geleid dat meer wilde theorieën als zou het lichaam van de president bijvoorbeeld onderschept zijn en veranderd (in lijn met de autopsie) weerlegd kunnen worden. Dat is pure winst en toont tevens het grote belang van het werk van de ARRB.
Maar in de tussentijd zijn er ook plots bekend geworden om Kennedy te vermoorden in Chicago enkele weken voor de aanslag in Dallas (in wat een kopie-moord had kunnen zijn) en mogelijk ook in Parijs in 1961, samen met De Gaulle (die in de jaren zestig een reeks van aanslagen overleefde).
De ontvangst in Dallas werd vantevoren als vijandig omschreven. Kennedy grapte zelf in Fort Worth over een mogelijke moordaanslag. De vice-president werd schielings uit het ziekenhuis vervoerd nadat Kennedy's dood was vastgesteld, bang als hij was voor een samenzwering. En in het vliegtuig terug uit Dallas, maakte de secretaresse van Kennedy alvast een lijstje met verdachten.
Zo onwaarschijnlijk is een samenzwering, in eerste instantie toch een onaantrekkelijke gedachte voor de twijfelaars onder ons, dus nu ook weer niet. En eventuele morele verontwaardiging moeten we daarbij eveneens loslaten. Historici, die op dit punt overwegend in een ontkennende reflex schieten, dienen deze optie serieus te (her)overwegen nadat zij decennialang vooral het terrein is geweest van grotendeels amateurs simpelweg omdat de documentaire weergave van belangrijke bewijsstukken niet langer betrouwbaar is (dankzij wederom het werk van de ARRB).

Woord versus beeld (of geluid)


Daar komt ook nog iets anders bij. De medisch specialisten van toen, wier getuigenissen destijds grotendeels zijn veronachtzaamd, weerspreken in groten getale de latere documentaire bevindingen. En het audiovisuele materiaal (foto's en filmopnamen) of beeld van die dag van de plaats van de misdaad weerspreekt dat eveneens.




Bovendien staat vrijwel vast dat met het beeldmateriaal, naar de stand van zaken van de toenmalige techniek, weinig of niets is gedaan c.q. veranderd. Het beeldmateriaal genomen door tal van amateurs versterkt elkaar juist alleen maar, daar waar de documenten vooral tegenstrijdig zijn.
Bandopnamen laten tevens drie schoten horen. En volgens de getroffen gouverneur Connally, die voor Kennedy in de auto zat, kwamen de schoten van meerdere kanten. Bijzondere akoestische effecten kunnen hier overigens niet worden uitgesloten.

Counter-factual history


Zo zijn de diverse soorten bronnen - het geschreven woord en het beeld - ongemakkelijke bedpartners geworden in deze moordzaak en is het gesproken woord (of 'oral history') te vaak genegeerd of in ieder geval onvoldoende op waarde geschat. In de woorden van een echte expert (Josiah Thompson): 'it's a real mess.'

De presidentiële Lincoln, met dak (de zogeheten 'bubble top').

Was het maar niet gestopt met regenen die ochtend, kun je eigenlijk alleen maar verzuchten, want dan zou de presidentiële Lincoln (hoewel ongepantserd) met zijn befaamde 'bubble top' zijn uitgerust. Maar dat is 'what if history': wat zou er gebeurd zijn als? Conceptueel gezien kunnen de verschillen wellicht nog worden beschouwd als het bestaan van meerdere waarheden naast elkaar (als A waar is, kan B dan ook waar zijn?). Is er een oplossing?
Van de 40.000 boeken of artikelen over deze moordzaak en de vele miljoenen pagina's aan documenten heb ik er maar zeer weinig gelezen. Maar hoe meer ik erover lees, hoe meer ik op dit terrein de mogelijkheden van 'counter-factual history' zie. Hierbij wordt vanuit een andere hypothese dan de geaccepteerde versie het bijbehorende (feiten)materiaal vergaard.
Volgens de huidige stand van zaken zou Oswald, ook al is het alleen wegens vormfouten, dienen te worden vrijgelaten. En dan heb ik het nog niet eens over de toevallige vondst van die ene, vrijwel onbeschadigde kogel op de brancard in het ziekenhuis. Was Oswald geen dader of een van de daders: dat is in wezen de toekomstige hoofdvraag. Met als vervolgvraag: hoe zat de aard van de samenzwering precies in elkaar?
Alleen dit zal nog nieuwe inzichten naar boven kunnen brengen, al is het maar in negatieve zin; weerlegging van het Warren-rapport is namelijk inmiddels een grijsgedraaide plaat door de vrijgave van gerelateerde documenten.

Dr. McClelland


Daarom tot slot terug naar 22 november 1963. Een van de behandelend artsen in het ziekenhuis van Dallas na de moord (en een van twee nog in leven), dr. McClelland, stelt dat Kennedy's hoofdwond (een 'exit wound') ver in het achterhoofd door een schot van opzij of van voren kwam. In tegenstelling tot de pathologen, was McClelland bekend met schotwonden. In combinatie met de nekwond, betekent dit (tenminste) twee schutters.
De behandelend artsen waren bovendien in eerste instantie de mening toegedaan dat (ook) de keelwond van voren kwam. Omdat deze wond nooit goed is onderzocht, valt niet te zeggen of de kogel hier van achteren of van voren kwam. En zij plaatsen allemaal de hoofdwond veel meer naar achteren dan volgens de autopsie.
In het overheersende beeld van de eerste groep mensen (artsen) die Kennedy behandelde is voor Oswald geen plaats, terwijl in de tweede lezing (na zijn arrestatie) er alleen nog maar plaats is voor hem - waarnaar zich vervolgens het papieren spoor ook in toenemende mate richt.

Corset


Verder was McClelland bijzonder verbaasd over de 'size and thickness' van het corset, welke de doktoren aantroffen bij het wegsnijden van diens kleding in de operatiekamer. Deze zat om de borst en maag van Kennedy geklemd en moest hem helpen rechtop te blijven staan vanwege zijn rugproblemen.

Corset president Kennedy. Lot 25651, Heritage Auctions #635.

Dit corset dwong de president aldus in een rechte positie en dit zou hem mogelijk fataal zijn geworden die dag omdat hij niet in elkaar zakte na het eerste schot.
Zelf bewaart McClelland nog altijd zijn bebloede, witte overhemd van die dag als aandenken (al bracht zijn vrouw wel diens pak naar de stomerij).

Dr. Bob McClelland. Foto: Dean Hoffmeyer.


Geen opmerkingen: