Zoeken in deze blog

Translate

maandag 26 december 2011

De geschiedenis van de racehelm (2): de jaren vijftig

Na een halve eeuw van nauwelijks enige vooruitgang of ontwikkeling op het gebied van de valhelmen in de racerij, kwam vanaf de jaren vijftig de vernieuwing langzaam op gang.

Verstevigde hoofddeksel

De jaren vijftig zien de eerste introductie van verstevigde hoofddeksels in de Formule 1. De oerversie van de crash-helm werd overgenomen uit de motorsport in de vorm van een potdeksel. In het Engels wordt dit model ook wel 'pudding basin' genoemd. Deze helmen lijken eigenlijk nog het meest op het soort helmen dat bij diverse takken van de paardensport wordt gedragen of de veiligheidshelmen van mijnwerkers en bouwvakkers. De leren of stoffen kap van vroeger werd geïncorporeerd in het design.

Willempie

In Nederland wordt dit type helm ook wel dopje genoemd en is onsterfelijk gemaakt door het karakter Willempie gespeeld door André van Duin. Willempie was het prototype van de niet al te snuggere man, en de halve helm (hoe kon die nou bescherming bieden?) droeg zeker aan dit imago bij.


Dopje

Het dopje was, kortom, nog maar een halve helm die slechts de bovenkant van het hoofd beschermde; het gelaat bleef verder open. Daaronder droeg men vaak nog de lederen of stoffen kap plus de bril voor de ogen.

Juan Manuel Fangio

Bekende fabrikanten van dit soort helmen waren onder meer het Franse Géno en het Britse Cromwell. De laatste firma was in 1924 opgericht en produceerde zijn eerste racehelm voor motorrijders in 1926.


Stirling Moss

Bijzonder was de helm van Stirling Moss die overigens pas dit jaar op 81-jarige leeftijd definitief het racen eraan gaf. Dit is een zogeheten 'cork helmet', gemaakt van natuurlijke materialen (en daardoor ook lichter). Tot dan toe waren de helmen, zoals die van Fangio, vaak van leer gemaakt. Deze Engelse helm is min of meer voortgekomen uit de koloniale tijd met als basis de tropenhelm.


Bij Moss keert eveneens iets van personalisering terug in de vorm van de geborduurde initialen 'SM' ter hoogte van zijn borst op de overall.

Mike Hawthorn

De helm van een andere Engelsman, Mike Hawthorn, was eveneens direct herkenbaar vanwege het plastic vizier. Dit vizier werd voor het eerst gemonteerd tijdens de GP van Marokko tegen zonnestralen. maar werd door hem als een van de weinigen standaard gebruikt.


Hoewel Hawthorn direct herkenbaar was aan dit type helm, was hij niet de eerste rijder die er mee had geëxperimenteerd. Ook prins Bihra, een privé-rijder uit Thailand, droeg bij gelegenheid zo'n helm. Deze helmen lijken overigens speciaal te zijn gemaakt door de firma Herbert Johnson. En de grote sterrijder uit de jaren vijftig, vijfvoudig wereldkampioen Juan Manuel Fangio, droeg bij gelegenheid eveneens een dergelijke helm met getint vizier.


Lichter

Hoewel bovenstaande helmen er nog vrij massief uitzien, was de tendens naar een lichtere versie al eerder begonnen. Géno produceerde reeds een aluminium versie en deze lijkt in de loop van de jaren vijftig meer en meer de standaard geworden in de racerij. Deze helm had weliswaar nog een open vizier, waardoor een stofbril onontbeerlijk bleef, maar ook iets van een vooruitstekende klepje als wering tegen de natuurlijke elementen van zon en regen.

Links het dopje, rechts het nieuwe type racehelm.

Personalisering

De helmen lieten over het algemeen nog weinig ruimte voor personalisering. Een klein onderscheidingstekentje van het land van herkomst was het maximaal haalbare. Baron Emmanuel de Graffenried had bijvoorbeeld een embleem van de Zwitserse motorsportbond (?) op zijn helm; het Zwitserse embleem zat aanvankelijk ook op zijn wagen gemonteerd.

bron: www.collectorstudio.com

Ook in de kleuren van de helm kwam langzaam enige variatie. Het aluminium liet zich goed spuiten, ook al bleef de standaardkleur grijs of wit. Luigi Musso droeg ter onderscheid vaak een gele helm, maar ook niet altijd. Op de dag van zijn dood droeg hij bijvoorbeeld een wit exemplaar (dat hier onderaan staat afgebeeld).

bron: www.collectorstudio.com

Alberto Ascari

Alberto Ascari droeg altijd een lichtblauwe helm. Dat niet alleen; zijn hele outfit was stijlvol in het blauw, als duidelijke referentie aan zijn vaderland ('azurri'). De Italiaan was overigens op dit terrein bijzonder bijgelovig; zo mocht er niemand aan zijn outfit komen in de pits.


Ascari droeg überhaupt pas een helm na het ongeluk van zijn goede vried Villoresi in 1950 te Genève, waarbij deze uit zijn wagen werd geslingerd. Toen in een van de volgende jaren tijdens de GP van Monza zijn eigen helm gestolen werd, liet Ascari groots in de kranten verkondigen dat ie zou stoppen met racen als de helm niet binnen een week werd geretourneerd. Dat gebeurde reeds de volgende dag.
Op de dag van zijn dodelijk ongeluk op het circuit van Monza in 1955 werd zijn eigen helm gerepareerd na een eerder ongeluk, waarbij hij met auto en al in de haven van Monaco was beland. Met de geleende helm van Eugenio Castellotti op het hoofd en stropdas nog om - het was slechts een oefenritje van een paar ronden om te testen of hij weer helemaal in orde was na dit ongeluk - vond de tweevoudig F1-kampioen de dood.

Gerelateerde blogs
De geschiedenis van de racehelm (1)

Geen opmerkingen: