Zoeken in deze blog

Translate

maandag 28 maart 2011

Wereldwandelen (5): globetrotters of klaplopers?

Volgens de richtlijnen neergelegd in het Guinness Book of Records in maart 2007 is er nog altijd geen officieel erkende wereldwandelaar, ondanks vele manmoedige pogingen daartoe sinds eind 19e eeuw (zie deze en volgende blogs). De wereldwandelaar dient minimaal 36.787, 559 kilometer te hebben afgelegd (de doorsnede van de Kreeftskeerkring) plus aan enkele technische voorwaarden inzake het wandelen zelf te voldoen.

De wereldreis

Het maken van een wereldreis was lange tijd exclusief verbonden aan ontdekkingsreizen over zee. De eerste geslaagde poging was die van Fernando Magelhaes van 1519-1522. Francis Drake (1577-80) en Olivier van Noort (1598-1601) waren slechts de eersten die in Magelhaes' voetsporen volgden.

Jules Verne

Het boek van Jules Verne Reis rond de wereld in 80 dagen uit 1873 maakte de wereldreis tot het uitgangspunt van een spannende race. Verne's fictieve record werd overigens al in 1890 verslagen door een vrouwelijke verslaggeefster: 72 dagen en een beetje. Nadien zouden technische verbeteringen de reistijd sterk doen reduceren (zie de volgende grafiek).



Wereldreis te voet

Een rondreis om de wereld kwam in de tweede helft van de 19e eeuw steeds dichterbij door enerzijds betere vervoersmiddelen en anderzijds door de ontwikkeling van het toerisme (door mensen als Thomas Cook, bedenker van de 'packaged holiday'). Delen van de wereld waren inmiddels continentsgewijs ook al te voet verkend, al dan niet door echte ontdekkingsreizigers. Het maken van een wereldreis was natuurlijk wel iets voor louter gefortuneerde mensen zoals Dudok de Wit.
Nu was het nog slechts een kwestie van tijd voordat iemand op het idee kwam een wereldreis te voet te maken. In de komende blogs zullen een aantal wereldwandelaars de revue passeren, naar wier verdere handel en wandel (nog) geen onderzoek is gedaan.

De eersten?

In 1898 arriveerden drie niet nader genoemde wereldwandelaars in Leiden. Zij gingen naar het postkantoor om daar brieven af te halen, welke er - poste restante - voor hen uit Parijs gereed lagen.

Otto Giers en A. Muddist

Op 31 juli (of 1 augustus 1899) vertrokken twee mannen vanuit Amsterdam. De beide ,,wereld-wandelaars'', Otto Giers en A. Muddist, arriveerden de volgende zondag te Keulen. De 224 km afstand hadden zij in ruim vijf dagen afgelegd. Het gemiddelde van 44 km per dag werd vanwege de warmte als een hele prestatie gezien.
Op dinsdag 12 september kwamen zij reeds te Venetië aan. In 44 dagen en precies volgens route, hadden zij de reis afgelegd: door Nederland, Duitsland (langs de Rijn), het Badische Schwarzwald en via Zwitserland 'over eenige van de hoogste bergreuzen'. Op 14 november arriveerden zij in Belgrado. Vanuit Brod in Hongarije stuurden zij een mooie briefkaart aan Het nieuws van den dag (Amsterdam).

Philogène Viardin: de 'walking poet'

Volgens de Rijnbode van 13 november 1901 nam het aantal wereldwandelaars toe 'en allen doen de reis zonder geld, dus door vragen van giften.' Op zaterdagmiddag arriveerde Philogène Viardin per trein in Arnhem vanuit Zutphen. De kop van het krantenbericht luidde daarom licht ironisch: 'Een voetreiziger .... per trein'.
Hij werd omschreven als 'een vrij schunnig gekleed man'. Op zijn rug droeg hij een plakkaart, met daarop geschreven 'Durch die Welt zu Fuss'. Bij de registratie op het politiebureau vertelde hij dat hij op 14 oktober vanuit Hyères in Zuid-Frankrijk was vertrokken om zoveel mogelijk te voet een reis om de wereld te maken. In de middag vertrok hij met de trein van 16.34 naar Rotterdam en vandaar naar New York.
Op woensdagavond 27 november arriveerde deze 'Parijse wandelaar' op de burelen van het Utrechts Nieuwsblad. Met een inmiddels te Parijs wonende Amerikaan had hij gewed binnen vijf jaar zonder een cent op zak een reis om de wereld te maken. De inzet van de Amerikaan was 20.000 frs; die van hemzelf niets: hij had in die zin dus ook niets te verliezen. Hij was ditmaal (!) vanuit Engeland aangekomen. 'Over de behandeling in het perfide Albion had hij wel reden tot klagen', een opmerking overigens die zeer past in het (toenmalige) wederzijdse culturele beeld.
Behalve de goede behandeling in Nederland, was er een speciaal woord van dank wegens de ontvangst van 'onzen eersten sport-man' (Dudok de Wit). In een register liet hij alle uitgevers van bladen, sportmannen, consuls enz. tekenen als bewijs voor zijn verblijven. In Utrecht nam hij zijn intrek in het hotel de l'Europe als gast van de directie. De reis zou, wederom, worden voortgezet naar Amerika.

Viardin komt eerder voor in een nummer van The Catholic World. In 1900 bezocht hij het zogeheten Hospitalité de Nuit (nachtopvang voor zwervers e.d.) te Parijs in de Rue de Tocqueville. Hij wordt omschreven als de 'walking poet', wiens ambitie het was de wereld rond te wandelen in 2 jaar tijd.

Charles Millot

In 1902 vertrok ene Charles Millot vanuit Parijs zonder een cent op zak. Medio juni was hij gevorderd tot Amsterdam op zijn weg naar Indië, China enz. Op 18 juni maakte hij zijn opwachting op het bureel van het ,,Hbl". 'Het nut dezer voetreizen is nog niet vastgesteld', zo eindigt het krantenbericht.
Maar misschien hadden dergelijke reizen ook wel helemaal geen nut en was dit het begin van een nieuw fenomeen, een uiting ook van de onrustige tijdgeest (de wandervögel). 'Globetrotters zijn wereldreizigers, die er op uit trekken om voor een langere periode de wereld te verkennen' aldus de huidige definitie van een website voor reisverzekeringen.

Hanz Holzer: van beroep wereldwandelaar

Vanwege het verblijf van de Zuid-Afrikaanse president Paul Kruger in ons land in 1902 besloot Hans Holzer die zomer vanuit Wenen naar Utrecht te lopen. De reis werd samen met een andere wandelaar, Hanz Leder, aangevangen maar die was te Linz reeds achtergebleven omdat hij niet verder kon.
Holzer was daarna 'onvermoeid en met taaie volharding' doorgelopen via Passau, Regensburg, Neurenberg, Wurtemberg, Frankfort a/Main, Coblenz, Keulen, Dusseldorf totdat hij eindelijk na 31 dagen over Venlo, Den Bosch en Zaltbommel medio augustus de stad Utrecht bereikte. Dit kwam neer op een gemiddelde van 70 km per dag. Aangezien Holzer 'een geducht looper' was, iets dat onder meer bleek uit een schare medailles, behoefde hieraan niet te worden getwijfeld.
De president kreeg hij in eerste instantie niet te spreken toen hij zich 20 augustus om 's middags 4 uur op 'Oranjelust' aandiende; die was te vermoeid. Wel kreeg hij later in 'Hotel de Pays-Bas' enige generaals te spreken, waaronder Louis Botha die het aangeboden album met handtekeningen in ontvangst nam. Indien hij de volgende dag de president niet te spreken zou krijgen, zou Holzer weer te voet naar Wenen terugkeren.

De eerste uitwassen: 1903

'Een Roemeniër die zich uitgaf voor wereldwandelaar, was gastvrij opgenomen in het huis van een inwoner te 's-Gravenhage. Uit dankbaarheid daarvoor stal hij uit een der zakken van zijn gastheer eenig papieren geld. Hij hervatte daarop zijn beroep en ging weder wandelen. Van den diefstal is aangifte gedaan bij de politie.'

Bronnen
Regionaal Archief Leiden, Krantenbank
Krantenbank Zeeland
Groene Hart Archieven, Krantenbank
Koninklijke Bibliotheek, Historische Kranten

Geen opmerkingen: